De Vlaamse schrijver Herman Brusselmans heeft door de jaren heen een aardige collectie aan boeken geschreven. Zijn één na laatste roman Mijn Haar Is Lang gaat over zijn bezoek aan de kapper, althans de lange weg ernaartoe. Ook dit werk staat vol schunnige teksten en wie Brusselmans kent hoort hem het verhaal bijna vertellen.
Het verhaal begint met het gegeven dat Brusselmans, die uiteraard de hoofdpersoon is in het boek, naar de kapper wil om de puntjes bij te laten knippen. Dit gaat echter niet zonder problemen. Terwijl er gewacht wordt op de knipbeurt bij de kapper komen de meest vreemde verhalen naar voren en als het na lang wachten dan bijna zover is krijgt de kapper een hartstilstand. Brusselmans is de beroerdste niet en biedt aan met de agent mee te gaan naar de vrouw van de kapper om het nieuws te vertellen.
Al snel gaat het niet meer over de dood van haar man, maar roepen de vrouw en Brusselmans of de agent de pot schoonhoudt als hij gaat schijten. Zo vaak er zulke bizarre taferelen ontstaan, zo vaak steekt de hoofdpersoon een sigaret op. Stivoro’s boodschap is bij de droge Zuiderbuur niet helemaal aangekomen. De rode draad van het verhaal wordt aangehouden, al zijn er af en toe momenten dat het een beetje inkakt.
Dit gevoel bekruipt je vooral nadat er bij de tweede kapper ook iets bizars ontstaat en de schuine gesprekken een beetje beginnen te vervelen. Natuurlijk is dit het handelsmerk van de schrijver, die bij De Wereld Draait Door op hilarische wijze zijn boek kwam promoten, toch zal het Giphart-gehalte niet bij iedereen goed aanslaan.
Er valt gelukkig wel genoeg te lachen. Zo ontmoet Brusselmans Zygma, een jong meisje waar hij aparte gesprekken mee voert en later door uitgenodigd wordt op haar verjaardagsfeestje. Een veel terugkomend onderwerp is de liefde die de schrijver heeft voor zijn vrouw Tania de Metsenaere. Het is bijna autobiografisch, met een emmer fictie. Brusselmans is grappig, maar niet vernieuwend. En of het haar uiteindelijk wordt bijgeknipt…?