Volgens wetenschappelijk onderzoek handelt het tapkastgeleuter van de hedendaagse man uitsluitend over vrouwen, seks, snelle auto's, voetbal en kleding. Maar hij zit met enkele probleempjes: zijn versierkunsten slaan nergens op, zijn kleren zijn uit de mode en zijn lichaam is beneden alle peil. Om hem op weg te helpen, lanceerde nv De Vrije Pers afgelopen maandag het mannenblad Ché. Wij haalden drie rubriekjes uit de eerste editie en legden die dinsdagavond, tijdens de lanceringsparty van Ché in het Wilrijkse Theadrôme, voor aan vijf BV's. Rubriek Pakman: Het wordt tijd dat mannen een mooi pak kopen! Jean Bosco Safari: "Ik ga niet af op de mode in boekjes. De kleren die ik draag, zijn kleren die mij geroepen hebben. Ze zitten comfortabel, zijn van een goede kwaliteit en weerspiegelen mijn gemoedstoestand."
Koen De Bouw: "Ik laat mij niet beïnvloeden door wat mannenbladen voorschrijven. Ik ben sowieso al jaren aanhanger van nette pakken."
Jan Verheyen: "Ik laat me zelden beïnvloeden door wat ik in bladen lees. En ik vind trouwens dat het met mij de goede kant op gaat dankzij mijn nieuwe vriendin en een styliste. Ik ben het stadium van de luide vestjes en dassen ontgroeid. Een mens evolueert, gelukkig maar."
Stany Crets: "Ik weet uit ervaring dat een pak mij niet staat. Ik vind mezelf twintig centimeter te klein, vandaar. En wat de boekjes ook voorschrijven, ik draag al vijftien jaar dezelfde kleren. En het kan me geen moer schelen dat ik vandaag met een petroleumblauwe trui rondloop als zou blijken dat olijfgroen dé winterkleur is."
Herman Brusselmans: "Ik ben wel onderhevig aan reclame. De kwaliteit van de reclame kan me aanzetten tot kopen. Zelf koop ik geen kleren. Dat laat ik mijn vriendin Tanja doen, want winkelen is voor wijven en mietjes. Ik draag ook enkel zwarte spullen en jeans, dat getuigt van erg veel smaak. De soberheid zegt alles. Trouwens, ik máák de mode, ik hoef ze niet te volgen." Rubriek Fitness: Adieu bierpens, welkom wasbord. Jean Bosco Safari: "Vroeger had ik geen vet op mijn lijf. Vandaag helaas wel. Ik begin hier en daar uit te zetten en besef dat ik iets moet doen, alleen komt het er niet van."
Koen De Bouw: "De normen die volgens de bladen gelden voor schoon en lelijk inspireren me niet. Mijn schoonheidsideaal strookt immers niet met hetgeen bladen voorschrijven. Ik ben twee jaar geleden wél opnieuw aan sport begonnen, puur voor de kinderen."
Jan Verheyen: "Ik ben sinds zes maanden vrij intensief aan het fitnessen. Waarom? Vroeger werden enkel vrouwen via reclame geconfronteerd met onrealistische maten. Vandaag hangen ook reclameborden voor mannen langs de weg. Ik ben daar niet ongevoelig voor gebleven."
Stany Crets: "Die tips zijn welkom, want ik begin stilaan een horecagezwel te kweken. Ik moet daar vanaf. Maar wat zijn de opties: of stoppen met drinken, ofwel blijven drinken en driemaal per week gaan fitnessen. Sorry, dat heb ik er niet voor over."
Herman Brusselmans: "Ik drink niet, ik eet zeer weinig en doe honderd push-ups per dag. Ik vind het leuk om fysieke oefeningen te doen. Komt omdat ik vroeger heb gevoetbald. Ik rij ook met de motor: zeer intensief voor vele spieren. Ik heb die tips dus niet nodig." Rubriek Pick Up Lines: Versiertips voor klungelaars. Jean Bosco Safari: "Dit vind ik een hilarische rubriek. Dat brengt mij meteen bij m'n eigen versiertruc: humor. Humor is een belangrijk hulpmiddel om een gesprek aan te knopen met een leuke dame. Echte pick up lines heb ik nooit gebruikt. Vroeger ging alles op vibraties."
Koen De Bouw: "Ik heb nog nooit een vrouw versierd. Er komen ook nooit vrouwen op mij af. Wat dat betreft ben ik een engel, een aseksueel wezen. Ik heb mijn vrouw Chantal dan ook leren kennen via een gemeenschappelijke vriend."
Jan Verheyen: "Dames blijven een mysterie voor mij. Ik ben er altijd slecht in geweest om vrouwen te benaderen. Komt omdat ik van nature nogal schuchter ben. Maar ik zou toch eerst een gesprek trachten aan te knopen. Of neen, ik laat me door iemand introduceren."
Stany Crets: "Ik weet hoe ik vrouwen moet aanpakken, al is de kans op scoren afhankelijk van de omstandigheden en de plaats. Stel: je zit in een Mexicaans restaurant. Dan kun je een knappe serveerster vragen: wat zou je mij aanbevelen, en hop, je bent vertrokken. Die zin werkt uiteraard niet in de supermarkt."
Herman Brusselmans: "Ik heb geen versiertrucs nodig. Ik word benaderd. Ik ben een one-women-man, maar wel een absolute vrouwenzot. Ik ben seksueel en emotioneel trouw aan Tanja, maar probeer toch iets te hebben met anderen. Ik zou vrouwen durven aanspreken met: ik wil met u naar bed gaan. Maar nooit zal ik slijmerige uitspraken doen als: je hebt precies mooie tieten. Dat is fout."