Maak het lettertype kleinerLettertype maatMaak het lettertype groter    Print deze pagina uit
Hugo Claus is volkomen overschat

Titel:          Hugo Claus is volkomen overschat
Auteur:     Peter van Brummelen voor Het Parool
Datum:     16-10-1993
Grootte:   2394 woorden

'Dat Hugo Claus mogelijk de Nobelprijs zou krijgen was natuurlijk een lachertje. Als hij hem kan krijgen, dan ik ook! Mensen hun mond valt open als ik dat zeg, maar ik meen het. Hij heeft meer geschreven dan ik - logisch, want hij is een stuk ouder - maar dat maakt hem nog niet beter. Claus is volkomen overschat. Zeker de laatste tien jaar heeft hij weinig goeds geschreven. Maar de Vlaamse cultuur heeft behoefte aan een eminence grise. Ruyslinck en Lampoo zijn inmiddels compleet seniel, dus op het moment dat Claus wat grijze haartjes kreeg, zijn ze meteen bovenop hem gesprongen. Alles wat hij doet is ineens belangrijk. Tegenwoordig prijst hij hier op de tv Franse kaas aan. Moet hij vooral doen als hij geldgebrek heeft, mij zul je er niet over horen, maar de Vlaamse kranten wijden pagina-lange analyses aan zo'n non-event. Men heeft het hier ook altijd over de flair van Claus. Volgens mij heeft een betonmolen meer uitstraling.' Jacques Brel 'Eigenlijk precies hetzelfde verhaal: totaal overschat. Vroeger praatte ik met iedereen mee en zei ik maar dat hij zo goed was, ook al omdat hij toch de enige ook in het buitenland bekende Belg is. Nu geef ik gewoon toe dat ik Brel helemaal niks vind. Die muziek zal ik nooit opzetten; ik houd van rock 'n roll. Maar je ziet natuurlijk wel eens filmpje van hem en ik zit me dan altijd vreselijk te ergeren aan dat getormenteerde van hem. Dat zweet dat van z'n kop loopt, die blik: het is alsof de Heilige Geest daar ergens in de coulissen hangt. Die teksten vind ik ook niks. Mijn vlakke land, mijn vlakke, vlakke Vlaandr'nland... Ja hallo, natuurlijk is het hier vlak, we hebben nu eenmaal geen bergen in Vlaanderen. Allemaal gelul. Tussendoor wil ik overigens wel even kwijt dat ik in een negatieve periode zit; ik heb op het ogenblik even wat weinig waardering voor anderen.' Sporting Lokeren 'Had een springplank kunnen zijn naar een voetbalcarriere. Zeventien jaar was ik en ik was aangekocht als spits. Maar die trainer was dus een volslagen oen. Voetbaltechnisch was hij oke, maar als mens was hij een klootzak. Hij mocht me niet en zette me achterin in het veld. Maar ik ben geen verdediger, ik heb me in die tijd bij Lokeren dus nooit kunnen bewijzen. Geen profvoetballer dus. Achteraf ben ik er maar blij om. 't Is toch een wat beperkte wereld, he. Een voetballer die in de buurt van een boek wordt aangetroffen is al een genie. Maar dat geldt natuurlijk voor de hele sporterij. Die Henny Kuipers van jullie werd een keer gesignaleerd met een Ludlum in zijn handen en meteen de dag daarop schreven de kranten al dat hij een a-sociaal was; hij zat liever te lezen dan dat hij met zijn collega's een kaartje legde. Nee, dat is toch niet mijn wereld. Ik doe helemaal niets meer aan sport. Als ik tweemaal de trap op en neer ren, kun je de ziekenwagen bellen. Ik ben 36, maar voel me 76.' Koning Boudewijn 'Een overschatte figuur. Na zijn dood bleven de media er maar op hameren dat er wel 200.000 mensen afscheid van hem hadden genomen. Twee weken nadien was er in Antwerpen de manifestatie Eurosail. Kwamen maar liefst 200.000.000 mensen naar kijken. Oftewel: niet Boudewijn maar een zeilboot was symbool van het verenigde Belgie. 'Ik ben in de jaren vijfig geboren en dus opgegroeid met Boudewijn. Hij was er altijd. Zijn portret hing op school en op het postkantoor, hij stond afgebeeld op de blikken koektrommel bij ons thuis en ja, op een honderd frank-biljet zag je die kop ook altijd weer. Ik heb hem ooit nog eens de hand geschud. Alle jonge kunstenaars die dat jaar een prijs hadden gekregen, mochten hem ontmoeten. We stonden in een lange rij, allemaal met een naam-badge op. Boudewijn kwam dan langs, keek even op die badge en zei: 'Goedemiddag, meneer Brusselmans'. Wij hadden duidelijk instructie gekregen over wat we terug moesten zeggen: 'Goedemiddag, Sire'. Daar bleef het bij. Er is geen diepe vriendschap tussen Boudewijn en mij uit voortgekomen.' Tom Lanoye 'Dat is een goede schrijver! Eindelijk iemand die niet overschat is. En Tom is dus ook een goede vriend van me, eigenlijk de enige die ik heb in de literaire wereld. Campert en Mulder vind ik ook wel sympathiek, dat klikt ook, maar die zie ik nauwelijks. Met Tom heb ik het een en ander meegemaakt. We hebben samen De Canadese muur geschreven, en ja, dat schept toch een band. Aan hem durf ik dingen kwijt waar ik het met een ander nooit over zou hebben.' Ex-minnaar 'Als lezer vind ik het m'n beste boek tot nu toe. Als schrijver is het mijn moeilijkste bevalling geweest. Ik ben heel streng geweest dit keer; zeker honderd bladzijden heb ik geschrapt. Ik had me niet kunnen voorstellen dat ooit nog eens te doen. Misschien moet ik er voor de eerlijkheid wel bij vertellen dat mijn uitgever de eerste versie te dik vond, dat boek zou gewoon veel te duur worden. Schrappen dus. Dat ging met pijn in het hart, het is toch een beetje kill your darling, maar gaandeweg ontdekte ik dat het boek er alleen maar beter door werd. Mijn nieuwste boek, Ex-drummer, is ook al klaar; waarschijnlijk komt het in maart uit.' Frankfurter Buchmesse 'Van de week zag ik Tom Lanoye op tv zijn werk in het Duits voorlezen. Dat deed me toch wel wat. Tom doet dat he, die gaat dan meteen een cursus Duits volgen om zijn boek daar te kunnen promoten. Niets voor mij. Maar ik snap niet waarom zo'n kansarm Roodkapje als Margriet de Moor wel vertaald wordt en ik niet. Het wordt daar toch niets met dat mens. Ja, Cees Nooteboom, die doet het goed in Duitsland. Maar die had dan ook de Duitse Van Dis achter zich. Laten we wel wezen, Rituelen is toch een absolute draak? Dat heeft niets te maken met afgunst dat ik dat zeg, het is gewoon de zaken bekijken zoals ze zijn. 'En ach, Mulisch is nu ook opeens de koning van Duitsland. Volgens mij is De ontdekking van de hemel daar nu net zoiets als De slinger van Foucault een tijdje geleden bij ons; zo'n boek leg je op de koffietafel om te bewijzen dat je niet van de straat bent, maar niemand leest het.' Vrouwen 'Daar gaat het om in het leven. Wat is er verder? Niets toch. Mijn hele leven staat in het teken van de vrouw. En ik ben volstrekt monogaam en trouw, hoor. Ik ben een jaar alleen geweest en het was een verschrikkelijk jaar. Ik dacht: nu ga ik het ook eens doen, fucking around weet je wel, maar ik kon het niet. Ik heb gewoon te veel respect voor vrouwen. Dat ik word uitgemaakt voor seksist is dan ook volkomen onterecht. Ik heb het in mijn boeken wel eens over kutwijven, maar dan heb ik het over een bepaalde categorie vrouwen. De vrouwen die om twee uur 's nachts de kroeg binnenkomen, in een strak mini-rokje en met hun tieten in de wind. Komt de bassist van een Gentse rockgroep binnen, hangen ze meteen om zijn nek. Zien ze mij - toch al weer iets bekender - dan stormen ze op mij af. Maar komt dan opeens Koen Wauters de kroeg in, dan moeten ze hem weer hebben. Kijk, voor zulke vrouwen heb ik geen enkel respect. Dat zijn kutwijven en zo noem ik ze ook. Maar ik spreek daarmee toch geen oordeel over alle vrouwen uit? Stel, ik heb een Turkse buurman die iedere dag in mijn brievenbus staat te piesen. Op een dag heb ik daar genoeg van en scheld ik hem uit voor klootzak. Ben ik dan een racist? Nee, natuurlijk niet. Ik heb alleen wat tegen die vent, niet tegen alle buitenlanders. En zo zit het ook met die vrouwen. Herman Brusselmans is geen seksist. Maar hij wordt zo langzamerhand wel ziek van al dat softe gelul.' Drummer 'Ik heb er altijd van gedroomd drummer te worden. Dat wilde ik veel liever dan schrijven of voetballen. Maar voor schrijven en voetballen heb ik talent, voor drummen nauwelijks. Ik heb wel gevoel voor ritme, maar het niveau van een echte drummer haal ik nooit. Ik heb nog wel een drumstel staan. Als ik er langs loop, ga ik er nog vaak even achter zitten. Dan speel ik wat met brushes om de buren niet te hinderen, maar het is niks, dat hoor ik zelf ook wel. John Bonham van Led Zeppelin is mijn idool. En Keith Moon van The Who vind ik ook goed. Maar dat zijn echt legendes natuurlijk. Niet alleen bekend om hun drumstijl; Bonham stikte in zijn eigen braaksel en Moon wilde nog wel eens een hotelkamer slopen. Lars Ulrich van Metallica is ook echt waanzinnig goed. Twee keer heb ik die groep gezien. Er gebeurde van alles op het podium, maar ik heb er niets van gezien; ik heb alleen maar naar dat drumstel staan staren.' Vlaams Blok 'Ik zal ze met hand en tand bestrijden. Het zijn fascisten, punt uit. Nazi's, ongedierte. Ik heb ooit in een panel gezeten met Filip de Winter, een van hun grote mannen. Dertig jaar is hij, een advocaat. Allesbehalve een domme man, maar dat zijn mensen die ergens goed in zijn natuurlijk nooit, en hij is goed in het kwade. Ik discussieerde met hem over het Belgische kolonialisme. 'Leopold II was een massamoordenaar', zeg ik, 'bij de aanleg van de spoorweg in de Kongo zijn twee miljoen negers omgekomen'. 'Akkoord', zegt hij, 'maar er reed toen wel een trein!' Die twee miljoen doden deden hem niks. Evenmin als de zes miljoen vermoorde joden in de Tweede Wereldoorlog; voor hem is dat slechts een voetnoot in de geschiedenis. Bij die Filip de Winter dacht ik echt: 'Wat doen we, discussieren we verder of zal ik hem hier ter plekke wurgen?' ' Catcher in the Rye 'Dat en De avonden zijn de twee boeken die me hebben aangezet zelf schrijver te worden. Oh, die vergeet ik dus altijd, maar Het leven is verrukkulluk hoort daar ook bij. Die boeken hebben een enorme indruk op me gemaakt toen ik net begon te lezen. Het probleem is dat, hoe meer je leest, hoe minder vaak je die klap van de hamer nog voelt. Het boek dat de afgelopen tien jaar de meeste indruk op me heeft gemaakt is American Psycho van Brett Easton Ellis. Een volstrekt onderschat boek; de mensen zijn gewoon te dom om het op waarde te kunnen schatten. Saai boek, zeggen ze dan. Nou en; in De avonden gebeurt toch ook niets? En bovendien, is dat een bezwaar dan? American Psycho en De avonden zijn ook allebei boeken met enorm veel humor. Maar dat moet je wel aanvoelen. Als iemand zegt dat hij De avonden niets vindt, weet ik dat hij nooit een vriend van me zal worden. Hetzelfde geldt voor American Psycho.' Kroeg 'Voorbij. Helemaal voorbij. Ik heb er een half jaar geleden een punt achter gezet en ik heb het geen moment gemist. Ik had een stamkroeg waar ik altijd kwam en opeens had ik er genoeg van. Altijd dezelfde koppen, altijd dezelfde verhalen, altijd dezelfde wijven, altijd dezelfde drank... Over! En ik spaar een hoop geld uit. Minstens drie keer per week kwam ik er en dan ging er toch altijd zo'n duizend frank doorheen. Maar dat is geen argument. Het was meer dat ik daar zat en plotseling dacht: wat doe ik hier in vredesnaam? Ik drink nog wel, hoor, maar met mate. Ik heb het nu zelf in de hand, drink iedere avond precies dezelfde hoeveelheid whisky. In de kroeg moet je ook al die drankjes opzuipen die je van anderen krijgt aangeboden.' Angst 'Het is echt ziekelijk bij me geweest, tegenwoordig ga ik er heel redelijk mee om. Je wordt er mee geboren, het zit in je genen. Het is ook nauwelijks aan anderen uit te legen wat het is. Die beginnen dan meteen te vertellen dat ze het ook wel eens benauwd hebben in de lift of dat ze bang zijn voor spinnen. Dat is iets heel anders. Ik ben bang van het leven zelf. Alles heb ik geprobeerd: pillen, drank, combinaties daarvan, de psychiater, maar niets hielp. Je kunt het alleen zelf oplossen. Het ergste is de angst voor de angst en daar moet je tegenin gaan. Vroeger durfde ik niet eens een pakje sigaretten te kopen. Omdat het me een keer in zo'n winkel was overkomen: bibberen, zweten, hartkloppingen, fluwelen knieen. Nu denk ik: verdomme, dan zal je tegen de grond gaan in die winkel, wat maakt het uit? En ja, dan lukt het, dan kan ik het wel. Maar het blijft ergens zitten, je raakt het nooit helemaal kwijt.' Kamagurka 'Een van de weinige mensen die ik er van verdenk een genie te zijn. Als striptekenaar dan, op tv vind ik hem niet zo goed. Van zijn strips is hooguit tien procent flauw, de rest is briljant. In gezelschap kan hij overigens ook bijzonder vervelend zijn. Een klassiek geval van iemand die zijn twijfels maskeert met branie. Ik herken daar veel van. Zo was ik een paar jaar terug zelf ook nog. Ik had enorme twijfels, maar mat me het imago van de stoere jonge schrijver aan. Altijd een sigaret in de mondhoek, leren jack, lang haar; het was een manier om mezelf een houding te geven.' Annie M. G. Schmidt 'Bij ons in Vlaanderen ontbreekt het helaas aan een dergelijke figuur. Wij moeten het met Willy Vandersteen doen; Suske en Wiske zijn onze Jip en Janneke. Ik heb grote bewondering voor Annie M. G. Schmidt. Laatst vroeg de Nieuwe Revue een aantal schrijvers een stukje te maken over hun favoriete vrouw. Ik heb toen haar gekozen. Ook al omdat ik wilde bewijzen geen seksist te zijn. 'Het tijdschrift Elle had me ooit ook al eens zoiets gevraagd. Toen heb ik een stukje geschreven over Marion Bloem. Die boeken van haar zijn niets, maar het is wel een verschrikkelijk mooie vrouw natuurlijk. Dit keer koos ik dus voor Annie M. G. Schmidt en het zal eenieder duidelijk zijn dat dat niet om haar tieten of kont was. Ik vind haar een tof en lekker cynisch wijf. Een vrouw met humor, en die zijn er niet veel.'